Onderzaai in maïs risico voor akkervogelnesten

„Het is goed dat hier aandacht aan wordt besteed”, reageert hij op de vraag hoe hij als loonwerker omgaat met weidevogels, nu er binnenkort op grote schaal vanggewassen worden doorgezaaid door maïspercelen. „Het maakt veel verschil in welke regio we bezig zijn, of daar wel of geen actieve groep vrijwilligers is die de nesten wil lokaliseren.”

Loonbedrijf Klaas Fekkes heeft in Noord-Nederland contact met diverse regionale appgroepen. „Als wij weten: we gaan morgen of overmorgen op die lokatie aan de gang, we moeten ergens zaaien of maaien, dan geven we dat door. Bij hele fanatieke groepen wil ik de bloempotten wel sponsoren”, geeft hij aan.

Dat werkt zo: de 'nazorggroep' plaatst het nest van bijvoorbeeld een kievit of een scholekster in een schotelbloempot en zet er een stok bij. De loonwerker ziet de stok, stopt tijdens het werk even, zet de bloempot een paar meter terug, maait of zaait een paar meter door, en zet dan de bloempot met het nest weer op dezelfde plek terug. “Het is misschien 20 seconden werk, maar wel in een periode dat je al 15 tot 17 uur per dag op de trekker zit”, geeft hij aan. “En toch doen we het, belangeloos. Ik ben bijna 60; ik wil niet dat mijn kleinzoon later moet vragen: opa, hoe zag een kievit eruit?”

Beschermkappen

In grasland wordt bij het bemesten gewerkt met halfronde metalen kappen, die tijdelijk over een nestje heen worden gezet. Op die manier kan Fekkes er met de sleepslang overheen zonder dat het nest wordt beschadigd.

„Wat we in grasland ook wel doen: een jute zak of een oude jas neerleggen bij een nest met jonge kieviten. Daar kruipen ze dan onder. We maaien om de zak heen, en als we twee banen verder zijn, dan halen we de zak weer weg. De kuikens halen de trekker dan niet meer in.”

Klaas Fekkes is persoonlijk tegen elke vorm van subsidie, maar voor de weidevogelbescherming zou elke burger van hem best 50 cent mogen bijdragen in een potje. „Daar zouden we dan goede drones van kunnen aanschaffen, en die koppelen aan ons gps-systemen om de nesten te lokaliseren. Zo'n systeem kost gauw 20.000 euro.”

'Geen weidevogels, maar akkervogels'

Ton van Helmond van Loonbedrijf van Helmond in Ommel (Noord-Brabant) is ook actief met onderzaai. Het valt hem op dat er eigenlijk meer vogels op akkerland zitten dan in de weide. „Scholeksters en kieviten zie je het meeste op akkerland, het zijn eigenlijk geen weidevogels, maar akkervogels.” Dat komt ook door de populariteit van niet-kerende grondbewerking, denkt hij. Waar er vroeger veel 'gecultivatord' werd, wordt bouwland nu steeds meer met rust gelaten.

De loonwerker heeft al een paar jaar proefgedraaid met onderzaaien in mais. Als de maïs straks kniehoog staat en de rijen sluiten, is het daar weer de tijd voor. „Ik heb ook al heel wat jonge kieviten gezien. Dat is het voordeel van werken met gps, dan kun je nog eens om je heen kijken. Maar ik moet bekennen dat ik daar verder nog helemaal niet zo bij heb stilgestaan. Ik ga dat dadelijk zeker overleggen met de jongens die spuiten, hoe we daarmee om zullen gaan.”