Britten leveren recordhoeveelheid melk; aantal boeren krimpt

Dat meldt de Britse ontwikkelingsraad voor de land- en tuinbouw, AHDB. Het Britse zuiveljaar loopt van 1 april tot 31 maart. De melkveehouders in Groot-Brittannië (Engeland, Schotland en Wales) hebben dit jaar 3,1 procent meer melk geleverd dan in het boekjaar ‘23-’24. Aan het begin van het boekjaar werd nog gerekend op een volumestijging van niet meer dan 1,1 procent.
Betere marges
De eerste helft van dat boekjaar schoot het ook niet hard op met de melkaanvoer; vanwege natte weersomstandigheden in het voorjaar en lage melkprijzen. Maar vanaf september gingen de melkprijzen weer omhoog, en werden de marges beter. Dankzij de gunstige weersomstandigheden konden koeien ook langer weiden, wat goed was voor de melkproductie. In november en december liep de melkaanvoer substantieel op, met respectievelijk 4,5 en 3,3 procent.
Productie per bedrijf loopt op
Hoewel het aantal melkveebedrijven afneemt, gaat de melkproductie per bedrijf duidelijk omhoog. Boeren in Engeland, Schotland en Wales produceerden het afgelopen boekjaar gemiddeld 1,77 miljoen kilo melk, 4 procent meer dan het jaar ervoor. Gemiddeld per bedrijf worden er 165 koeien gemolken; vier meer dan in 2023 jaar en negen meer dan in ‘22.
Voerwinst
Bij een redelijk goede melkprijs en gedaalde voerkosten zit de voerwinst momenteel op het hoogste punt in bijna twintig jaar, volgens de AHDB. De kale melkprijs (exclusief nabetalingen) is in april weliswaar met 2,6 procent gedaald ten opzichte van de maand ervoor, maar die staat met 43,69 pence (50,95 cent) per liter nog steeds op historisch goed niveau, aldus de AHDB.
Normaliter zou men verwachten dat de melkprijzen wegzakken als de melkproductie oploopt, maar dat lijkt nu mee te vallen. De uitbetaalde melkprijzen en de opbrengstprijzen voor zuivelgrondstoffen zijn wel iets onder druk komen te staan, maar de laatste maanden lopen met name de boter- en roomprijzen weer op. Volgens de AHDB is dat te danken aan het melktekort op het Europese vasteland. Vooral aan de vetkant zijn de voorraden laag, waardoor de vraag goed blijft, en de prijzen hoog.
Structurele problemen
Het feit dat Britse boeren ondanks de periode met goede marges toch stoppen met hun bedrijf, duidt op onderliggende structurele problemen, volgens de AHDB. De organisatie wijst op de voorgestelde verhoging van de erf- en schenkbelasting, de toenemende regeldruk en de milieueisen waar boeren aan moeten voldoen, de hoge rentestand, het tekort aan beschikbare arbeidskrachten en de vergrijzing onder melkveehouders. Zeker nu de vleesprijzen ook heel hoog zijn, hebben sommige boeren hun kans gegrepen om uit de sector te stappen, aldus de organisatie.

Tekst: Gineke Mons
Gineke Mons (1970) groeide op op een biologisch melkveebedrijf in Gelderland. Na haar studie journalistiek werkte ze 13 jaar bij het Agrarisch Dagblad. Sinds 2008 is ze freelance (landbouw)journalist, met het accent op veehouderij en diergezondheid.
Beeld: Michael Hartland via Pixabay
Bron: AHDB