Voor topfokker Jan Nieuwenhuizen zijn goed verteerbare maïs en structuurrijk grasvoorwaarden voor een topproductie. ‘Goed ruwvoer is de basis.’

Door te kiezen voor vroegere rassen, kunnen Nederlandse snijmaïstelers op lange termijn meer uit hun teelt halen. Dat concluderen maïsonderzoekers van Wageningen UR, op basis van jarenlange teeltproeven in de praktijk.

Bij de rassenkeuze snijmais zijn er heel wat raskenmerken om uw keuze op te baseren. Deze ziet u ook terug in dit handige stappenplan. Als het gaat om het werkelijke rendement van uw snijmaisteelt, is de kVEM-opbrengst per hectare leidend.

Risicomanagement is een belangrijke vaardigheid voor iedere agrarisch ondernemer. Op uw bedrijf heeft u ongetwijfeld in beeld waar risico’s liggen en hoe u deze kunt managen. Maar staat u ook weleens stil bij de risico’s rondom uw maïsteelt?

In de vrije melkmarkt is het niet meer het melkquotum dat uw bedrijfsvoering sterk beïnvloed. Naast de nieuwe regelgeving rondom fosfaat is een ander kengetal anno 2016 belangrijker dan ooit: uw kVEM-opbrengst per hectare. Hoeveel voederwaarde haalt u komend jaar van uw hectares?

Wie bij de keuze van maïsrassen niet naar de beste rassen van de Aanbevelende Rassenlijst kijkt, doet zichzelf tekort. In de afgelopen twintig jaar is de VEM-opbrengst van de maïsrassen op de lijst met 40 procent gestegen. De rassenlijst bevat cruciale gegevens voor het selecteren van het ras dat het beste bij uw bedrijfsomstandigheden past.

De gids Ruwvoederwaarde 2016 is een special over ruwvoerteelt vanuit het perspectief van de koe. Het belang van veel ruwvoer winnen van hoge kwaliteit is bekend. Maar wat hebben koeien op ruwvoergebied nodig om gezond te blijven en probleemloos veel melk te geven?

De koe is als herkauwer in staat gras en andere ruwvoeders om te zetten in hoogwaardige eiwitten zoals vlees en melk. Een goede penswerking is cruciaal. Ruwvoer met voldoende energie, eiwit én structuur is daarom de basis voor een hoge melkproductie en gezonde koeien.

Bij melkveehouder Robert Welhuis zijn voederbieten een belangrijke waarde in het rantsoen. De afgelopen vier jaar hield hij nauwkeurig alle kengetallen bij, van teeltkosten tot melkopbrengsten en gehalten, en experimenteerde hij met diverse rassen. De bieten blijken een zeer kostenefficiënte ruwvoer die bovendien zorgen voor hogere gehaltes in de melk met minder krachtvoer. “Qua rassenkeuze hebben we voldoende leergeld betaald, we telen alleen nog Rialto.”

Frans van Kempen heeft in Boxmeer een melkveebedrijf met 120 melkkoeien. Ook wordt ruwvoeronderzoek op zijn bedrijf verricht. Uit deze onderzoeken op zijn bedrijf heeft Frans veel geleerd over het belang van ruwvoer van hoge kwaliteit.