Uitkoopregelingen nu ook open voor emissie-arme stalvloeren

Enkel die bedrijven waarvan de uitstoot leidt tot een hoge stikstofdepositie op kwetsbare natuurgebieden, kunnen zich inschrijven voor de uitkoopregelingen van minister Van der Wal. Bedrijven die een depositie van minstens 2500 mol op Natura 2000-gebieden veroorzaken worden beschouwd als piekbelaster en kunnen dus meedoen met de LBVplus-regeling, en voor bedrijven die minder depositie veroorzaken, maar wel meer dan de drempelwaarde van een nabijgelegen natuurgebied is er de LBV-regeling.

Om die drempelwaarde te bepalen kunnen ondernemers gebruik maken van de Aerius-check. Dat tool berekent de depositie van bedrijven aan de hand van een aantal gegevens, waaronder de uitstoot. En die uitstoot bepaalt het tool aan de hand van het stalsysteem en de RAV-factoren die voor dat stalsysteem gelden.

Nu heeft onderzoek van de WUR uitgewezen dat sommige stalsystemen in de praktijk een hogere uitstoot veroorzaken dan wat vermeld staat in de Rav-lijst. In de praktijk leidde dat ertoe dat bedrijven met die stalsystemen zich niet konden aanmelden voor de uitkoopregelingen, waarvoor de RAV-factoren leidend waren, terwijl ze ook moeite hadden met vergunningen, omdat de rechter de gegevens van die Rav-lijst als incorrect beschouwt.

Rechtgetrokken

Minister Van der Wal trekt die scheve situatie nu recht. Melkveehouders met een emissie-arme vloer kunnen in de Aerius-check nu een emissie van 13 kg ammoniakuitstoot per dierplaats hanteren - hetzelfde als de emissie van een bedrijf zonder emissiereducerende techniek. In de aangepaste handleiding van de Aerius-check staat hoe zij dit kunnen doen. Bij vragen kunnen ze terecht bij de Helpdesk Stikstof en Natura 2000 van Bij12. Daarnaast geeft de minister het advies om een zaakbegeleider aan te vragen. Deze kan helpen bij het invullen van de Aerius-check en de verdere procedure.

Daarnaast zal RVO contact opnemen met ondernemers met emissie-arme vloeren die al een LBV(plus)-aanvraag hadden ingediend. In overleg met hen kan RVO zelf de berekening controleren en aanpassen. Het kan immers zijn dat bedrijven die met de oude cijfers enkel in aanmerking komen voor de LBV-regeling, met de nieuwe cijfers aanspraak kunnen maken op de meer gunstige LBVplus-regeling.

Andere stalsystemen

Van andere stalsystemen in de veehouderij is ook bekend dat ze gemiddeld minder emissie reduceren dan de Rav-factor. Daarom past de minister ook de emissiefactor van volièrestallen in de pluimveehouderij aan. Voor andere stalsystemen, zegt de minister, zijn er niet voldoende onderbouwde alternatieve emissiecijfers beschikbaar, en is het voorlopig dus niet mogelijk om een andere onderbouwde emissiefactor vast te stellen.

Op dit moment wordt gewerkt aan het vaststellen van nieuwe emissiefactoren voor de Rav-lijsten, maar een herziening van die lijsten wordt niet verwacht voor de sluitingsdata van de LBV-regeling (1 december) of de LBVplus-regeling (5 april). Daarom wacht de minister die herziening niet af, maar heeft ze nu alternatieve emissiefactoren bepaald.