Directeur Bayern Genetik: ‘Melk in de toekomst als medicijn zien’

Grupp was spreker op een door de Nederlandse vertegenwoordigers van zijn organisatie belegde bijeenkomst in Geesteren (GD), die als thema ‘Melk met meerwaarde’ had meegekregen. De directeur stelde dat het wereldwijde landbouwareaal jaarlijks afneemt en de vraag naar vlees wereldwijd juist toeneemt. „In Europa weliswaar niet veel, maar elders groeit de vraag sterk. Als het mensen beter gaat, willen ze vlees consumeren, net als wij na de Tweede Wereldoorlog.”

A2-melk

Uiteraard wees Grupp erop dat Fleckvieh het complete plaatje levert, melk én vlees. Maar dat niet alleen, want het gaat volgens hem ook om de inhoudsstoffen van de melk. Hij gaf aan dat er in Afrika en Azië relatief weinig zuivel wordt genuttigd, omdat er in die gebieden een hoge lactose-intolerantie zou zijn. De Duitser gelooft zelf niet in die intolerantie. „Ook in ons land zijn er elk jaar 250.000 minder mensen die melkproducten consumeren.” Hij wijt het aan de klachten die ontstaan door A1-melk. „A2-melk is de natuurlijke variant, A1 is een mutatie die vijfduizend jaar geleden is ontstaan. Melk van zeboes, buffels, schapen, geiten en ook van mensen heeft allemaal het A2A2-genotype.” Volgens Grupp is de gestegen consumptie van geitenmelk hiermee te verklaren.

Gezondheidsbevorderende werking

De directeur noemde ook het voorbeeld van een veehouder die tal van ernstige klachten had en pas beter werd nadat hij A2-melk was gaan drinken. „Bayern Genetik krijgt bijna wekelijks meldingen van dergelijke extreme voorbeelden.” Desalniettemin vormt A2 slechts een onderdeel van het totaalplaatje, zo gaf hij aan. „De prijszetting van melk gaat in de toekomst veranderen. Zaken als het CLA-gehalte en de verhouding tussen omega-3 en omega-6-vetzuren worden belangrijk, zodat melk een gezondheidsbevorderende werking krijgt. Fleckvieh kan zich onderscheiden met een hoog CLA-gehalte, een gunstige verhouding tussen omega-3 en omega-6-vetzuren, vitamines D3 en E, melatonine, kappa-caseïne BB, bèta-caseïne A2A2 en een super smaak.” Hij wees er ook op dat maïs heel ongunstig en gras heel gunstig is voor een juiste verhouding tussen omega-3 en omega-6-vetzuren.

Langzaam proces

Ook een regionale productie wordt volgens Grupp belangrijk. Wat overigens niet betekent dat het product ook per se regionaal geconsumeerd moet worden. „Een sterke regionaam verkoopt elders ook.” Gevraagd naar de wetenschappelijke onderbouwing van het A2-concept, of eigenlijk het gebrek daaraan, antwoordde Grupp dat hem als kind altijd werd bijgebracht dat margarine beter was dan boter. „Pas nu wordt duidelijk dat het andersom is. Zoiets is een heel langzaam proces. De reden dat geen enkele zuivelaar onderzoek naar A2-melk doet, is angst.”