Lely verkocht 18.500 A5 melkrobots in vijf jaar

De A5 is de meest verkocht melkrobot van Lely. Van de A4 werden in tien jaar tijd 18.174 exemplaren verkocht wereldwijd. Dagelijks worden ongeveer 2,5 miljoen koeien in 52 landen wereldwijd door een van de 42.000 melkrobots van Lely gemolken. In totaal werken 75.000 robot, waaronder de Lely Juno en Vector, op melkveebedrijven.

Op uitnodiging van Lely waren vertegenwoordigers aanwezig van alle 210 Lely Centres wereldwijd. Van Troost nam het internationaal gezelschap mee in de reis dat het bedrijf de afgelopen 75 jaar maken. „De broers Cornelis en Arij van der Lely wilden het werk van melkveehouders gemakkelijker maken. Ze ontwikkelden de Lely acrobot, een zelfroterende grashark. Op 2 juni 1948 vroegen de broers patent aan voor hun uitvinding hier enkele meter verderop”, schetste Van Troost het begin van bedrijf.

In 1957 ontwikkelde de broers een kunstmeststrooier die voorzien was van schijf waarmee de kunstmest eenvoudig kon worden verdeeld. De eerste stappen in het buitenland zette Lely met de Lely Terra, een rotorkopeg. De eerste Lely Astronaut melkrobot zag in 1995 het levenslicht.

Lees verder onder de foto.

Melk relevant houden

75 jaar na de introductie van de arcobat is er veel veranderd op het bedrijf. Lely houdt zich op meerdere terreinen van de melkveehouderij, vertelde Van Troost zijn gehoor. In Nederland werken vier melkveehouders met de Lely Orbiter, een automatisch zuivelverwerkingssysteem. Eind juni wordt de vijfde in gebruik genomen en later dit jaar gaat ook een eerste systeem in Duitsland draaien. 25 bedrijven werken met de Lely Sphere, een systeem dat volgens de Lely-directeur in staat is om 77 procent van de ammoniakuitstoot op stalniveau te reduceren.

Met de Lely Exos won het bedrijf in november de DLG Agrifuture Concept Award 2022 tijdens de EuroTier in het Duitse Hannover. Het autonoom rijdend maai- en-opraapsysteem wordt op 13 bedrijven in Nederland getest. Daar komen in de loop van jaar 7 systemen bij. Vanaf 2024 is het systeem te koop.

Van Troost ziet tal van uitdagingen voor de melkveehouderij in de toekomst. „Er is steeds meer vraag naar alternatieve melkstromen uit haver en soja. Daar moeten we iets mee doen om melk van koeien relevant te houden. Daarom moet er meer aandacht zijn voor de genetica van de koe om de kwaliteit van de melk te verbeteren.”

Volgens Van Troost werken alle computertechnieken en geautomatiseerde systemen op de boerderij van de toekomst intensief samen. Dat moet leiden tot het verlagen van de milieuimpact, het verbeteren van het rendement van het melkveebedrijf, de afstand tussen boer en burger kleinen, de gezondheid en welzijn van dieren verbeteren en daarmee de productie van duurzame zuivelproducten mogelijk maken.

De Lely Groep is actief in ruim 50 landen en wereldwijd werken zo'n 2.300 mensen bij het bedrijf.

Vakmanschap melkveehouder

Gijs Scholman, commercieel directeur bij Lely, vertelde na afloop van de presentatie dat het vakmanschap van de melkveehouder belangrijk blijft, ondanks de toename van robottechnologie op het melkveebedrijf. „De technologie neemt de melkveehouders het repeterend werk uit handen. Hij of zij zal meer bezig zijn met de uitzonderingen, zoals attentiekoeien. Door alle technieken kan hij zich juist meer richten op de koeien. Er is ook nog steeds veel te verbeteren. Zo blijven we onze melkrobots doorontwikkelen, bijvoorbeeld door het gebruiksvriendelijker maken van de automatische melksystemen en het verminderen van de onderhoud en de onderhoudskosten.”

De commercieel directeur hoopt dat de politiek snel met duidelijkheid komt over de juridische houdbaarheid van het RAV-systeem omdat recent onderzoek aantoont dat emissiearme stalvloeren niet of onvoldoende werken. „We hebben vertrouwen in de Lely Sphere en zijn ervan overtuigd dat technologie een oplossing in de stikstofaanpak. Maar we merken dat melkveehouders voorzichtig zijn, omdat ze niet weten of ze veilig in emissiereducerende technieken kunnen investeren vanwege onzekerheid over de juridische houdbaarheid van RAV-factoren.”