Een levend BVD vaccin

Eén vaccinatie volstaat
Groot voordeel van dit levende vaccin ten opzichte van een dood vaccin is dat je bij een dier dat voor de eerste keer gevaccineerd wordt, na een eenmalige toediening voor een jaar klaar bent. Drie weken na de eenmalige toediening is er al voldoende bescherming. De bescherming houdt een jaar lang aan. Door het overblijven van de goede eigenschappen van het vaccinvirus is het vaccin veilig en werkzaam in dieren vanaf drie maanden oud.

Voorkom dragers
Dragerdieren zijn de belangrijkste bron van BVD-virus op het bedrijf. Het levende vaccin kan het ontstaan ervan voorkomen. Dragerdieren ontstaan als een onbeschermde moeder tijdens de eerste drie tot vier maanden van de dracht besmet wordt met BVD. Moeders kunnen beschermd worden door ze te vaccineren. De eerste keer moeten ze dan ten minste drie weken voor de inseminatie of dekking gevaccineerd zijn, tenzij ze al als jongvee met het levende vaccin gevaccineerd zijn en dit elk jaar herhaald is.

Type 1 & Type 2
Het nieuwe vaccin biedt bescherming tegen zowel BVD type 1 als type 2. De goede en langdurige bescherming komt onder andere door de hoeveelheid afweerstoffen die het dier na de enting aanmaakt. Onderzoek op afweerstoffen in tankmelk is hierdoor dan ook niet meer mogelijk is. Alle andere onderzoeksmethoden, bijvoorbeeld via oorbiopten, zijn wel mogelijk.

Het nieuwe BVD vaccin is sinds maart op de Nederlandse markt beschikbaar. Vraag erom bij uw dierenarts.

Voor meer informatie over BVD zie: http://www.bvdzero.nl/