ForFarmers introduceert kengetal ‘Werkelijk fosfor’

Volgens de voerfabrikant kunnen veel bedrijven op deze manier hun fosfaatproductie beperken en besparen op mestafzet, mestverwerking en verwerven van extra grond bij uitbreiding.
Meer winst mogelijk
ForFarmers ziet de laatste jaren al een flinke verschuiving in de aandacht voor voedermiddelen met minder fosfor. Toch zijn er volgens Robert Meijer, Marketing Manager bij ForFarmers, nog veel bedrijven die onvoldoende rekening houden met het aandeel fosfor in het rantsoen. „Ook bedrijven die hier al wel mee bezig zijn kunnen mogelijk nog meer winst halen op dit gebied.”
Koeien hebben een minimum behoefte aan fosfor. In de meeste gevallen rekent men met een gemiddelde behoefte per kilo drogestof, ongeveer 3,5 gram fosfor. Door het rantsoen te optimaliseren en bij de keuze van bijproducten, grondstoffen en krachtvoer rekening te houden met het fosfor aanbod, kan nauwkeurig op deze norm gevoerd worden. Wat Meijer betreft is dit de eerste stap, waar voor een groot aantal bedrijven al veel winst is te behalen.
Recent onderzoek Wageningen UR
Het nieuwe kengetal houdt rekening houdt met de melkproductie, gehalten, lactatie-stadium maar ook de werkelijk benutbare fosfor in een voedermiddel. Hierbij is gebruik gemaakt van de kennis uit recent onderzoek van de Animal Nutrition Group van Wageningen Universiteit.
Meijer: „De fosforbehoefte is niet alleen afhankelijk van productieniveau maar ook van het vet- en eiwitgehalte in de melk. Een koe met een hoge melkproductie heeft meer fosfor nodig dan een laag productieve koe. Ook kan de fosforgift bij lagere gehalten naar beneden. Bij de gangbare fosforbehoefte houdt men de veilige kant aan en worden deze factoren onvoldoende meegenomen.”
Daarnaast geeft hij aan dat het fosfor in het ene voedermiddel beter benutbaar is dan in het andere. „Voor de bepaling van het gehalte werkelijk fosfor in graskuilen wordt hiervoor onder andere gebruik gemaakt van het nieuwe kengetal van Eurofins: Beschikbaar fosfor. Tussen voedermiddelen zijn er grote verschillen in fosforbeschikbaarheid. Bij de grondstoffen heeft soja bijvoorbeeld een veel beter benutbaar fosfor dan raapzaadschroot of tarwe. Door hier rekening mee te houden, kunnen we aanbod en behoefte nog beter op elkaar afstemmen”, merkt Meijer op.
3000 euro besparen
In de praktijk schat ForFarmers dat bedrijven op een veilige manier nog 0,1 tot 0,2 gram per kilo drogestof aan fosfor kunnen verlagen. „Een bedrijf met 100 koeien kan met een verlaging van 0,2 gram fosfor in het rantsoen al meer dan 3000 euro besparen op mestafzet en mestverwerking. Tevens is op basis van de Melkveewet minder grond nodig bij eventuele uitbreiding”, aldus Meijer.