‘Alleen 30 procent beste veehouders nog subsidie en financiering'

Volgens de commissie moet de groep boeren in de voorhoede geholpen worden om over te schakelen naar een duurzame bedrijfsvoering die breed in de maatschappij geaccepteerd wordt. „Nu worden de voorlopers nog geremd in hun ontwikkeling door beleid waarbij bedrijven die zich niet meer kunnen of willen ontwikkelen vaak de koers bepalen”, zo luidt het oordeel.
Pessimistisch
De commissie met onder meer LTO-vertegenwoordiger Frits Mandersloot is pessimistisch over de situatie van de Nederlandse landbouw. „De economische positie van een grote groep bedrijven in de veehouderij is dramatisch en de milieudruk en risico’s voor de volksgezondheid worden maatschappelijk niet meer geaccepteerd.”
Wel stelt de commissie dat de landbouw ook een wereldspeler van betekenis is met een belangrijke bijdrage aan economie en werkgelegenheid.
Onafhankelijke regie nodig
Afgelopen jaren zijn er veel nieuwe initiatieven in de varkens-, melkvee-, pluimvee- en kalverhouderij geweest voor dierenwelzijn, milieu en volksgezondheid, zo stelt de commissie Nijpels.
„De coördinatie is echter versnipperd en het ontbreekt tot dusver aan regie, doorzettingsmacht en passende financiële stimulansen. Dit vraagt om een onafhankelijke regie.” Daarmee kan de groep voorlopers gericht ondersteund worden met experimenteerruimte met regel- en wetgeving, met goede toegang tot financiering (bancaire leningen, garanties, groenfinanciering en subsidies inclusief EU-gelden), met ruimte voor groei (vergunningen en voorrang met dier- en fosfaatrechten) en met onderzoek en innovatie.
Door het verdwijnen van de productschappen zijn de mogelijkheden voor bindende afspraken voor een hele sector kleiner, maar de commissie-Nijpels denkt dat Brussel meer ruimte biedt dan Nederland op dit moment gebruikt.
Maatregelen tot afbouwen
Behalve actief stimuleren van de voorlopers wil de commissie ook maatregelen zodat boeren zonder toekomstperspectief hun bedrijven kunnen afbouwen.
De varkenshouderij (commissie Rosenthal) wordt als voorbeeld genoemd; „Sectorpartijen richten met steun van een bank een ontwikkelingsbedrijf op, dat koopt gericht bedrijven op en verkoopt deze ruimte aan de voorhoedebedrijven.” Het benodigde geld moet vooral uit de sectoren zelf komen op basis van vrijwillige of verplichte bijdragen, aangevuld met steun van banken en overheid.
Hoger prijs producten
De commissie Nijpels realiseert zich dat verduurzaming tot een prijsstijging van dierlijke producten zal leiden; „Bij een hogere kwaliteit hoort een hogere prijs die door de gehele keten moet worden waargemaakt.” Daarom zullen behalve veehouders, overheid en banken ook andere schakels in de keten (veevoerbedrijven, dierenartsen, verwerkende industrie en retail) actief moeten meedoen.
Omdat de EU een open interne markt is zullen allianties van retailers en toeleveranciers op basis van vrijwilligheid bovenwettelijke eisen moeten stellen en handhaven, ook voor geïmporteerde producten. Nederland moet ook binnen de EU bondgenoten zoeken die meehelpen bij het stimuleren van een meer duurzame landbouw in Europa.
Mest verplicht tot waarde brengen
Verder moet mest echte waarde krijgen, zo stelt de commissie; „Terwijl mest als afvalproduct nu grote milieudruk oplevert kan de grondstof mest het vierde product van de veehouderij worden naast melk, eieren en vlees."
Mestopwerking van het hele bedrijfsoverschot tot producten met marktwaarde moet verplicht worden, inclusief een systeem van kwaliteitsborging, meerjarige afspraken over afzet en innovatieve technieken om fosfaat, stikstof, kalium en zink er uit te halen.
Veehouder weer midden in maatschappij
Een belangrijk punt vindt de commissie ook een regionale dialoog tussen ondernemers, werknemers en burgers om de veehouder weer midden in de maatschappij te plaatsen. Op terreinen als dierenwelzijn, gezondheidsrisico’s en milieuoverlast zijn onder druk van de maatschappij afgelopen jaren wel de regels aangescherpt maar de commissie denkt dat die in de praktijk te weinig worden gehandhaafd; „Dit schaadt de maatschappelijke waardering voor de sector, het vertrouwen in de overheid en het frustreert de bedrijven die wel willen veranderen en investeren”, aldus de commissie-Nijpels.

Tekst: Sjouke Jacobsen
Begon na de HAS zijn loopbaan in de fokkerij en veevoedingsbranche. Sinds 2014 werkzaam voor Agrio, vanaf 2022 als freelance vakredacteur. Benut zijn praktijkervaring in de melkveehouderij voor Melkvee.nl en Vakblad Melkvee.
Tekst: Lauk Bouhuijzen
Beeld: Susan Rexwinkel