Het centraal stellen van het dier in de veehouderij moet leiden tot een meer dierwaardige veehouderij. Een discussie die erg actueel is op dit moment. „We moeten er samen zorg voor dragen dat de kennis en kunde uit de praktijk gebruikt wordt om te komen tot een dierwaardige veehouderij”, pleitte Benidictus tijdens de introductie van de prijswinnaars.
„Ruw weg een halve eeuw geleden stond de Nederlandse melkveehouderij voor een grote systeemverandering. Deze verandering had grote gevolgen voor boer en dier, huisvesting, voeding en voortplanting. We pasten in die tijd bijna letterlijk de dieren in het systeem. Op dit moment staan we voor de volgende verandering van het veehouderijsysteem. Deze keer lijkt het erop dat we natuurwaarden laten prevaleren boven de intrinsieke waarde van de landbouwhuisdieren. Het kan toch niet zo zijn dat we wederom de belangen van de landbouwhuisdieren uit het oog verliezen. We zullen samen moeten opkomen voor een dierwaardige veehouderij door het dier centraal te stellen.”
„De prijswinnaars waren hun tijd ver vooruit”, aldus Benidictus. „Zij stelden 25 jaar geleden al het dier centraal en keken van daaruit wat dat betekende voor de huisvesting, de logistiek en het management van een bedrijf. Dat concept hebben zij, samen met hun team, op miraculeuze wijze steeds verder uit weten te breiden. De vraag die daarbij steeds centraal stond was: ‘Hoe houd ik mijn dieren gezond?’.”
Joep Driessen, die samen met Jan Hulsen de prijs in de wacht sleepte legt nog eens uit welke omslag in denken beide dierenartsen 25 jaar geleden maakten en waar dat toe geleid heeft. „We zijn begonnen met heel goed naar de koe en de signalen die de koe afgeeft te kijken. Daar kwam het kijken-denken-doen concept van Cowsignals uit voort. En vervolgens zijn we ook gaan kijken naar de signalen die mensen afgeven, de PeopleSignals. Met die trainingen zijn we de hele wereld over gegaan.”
Jack Rodenburg, een Canadese melkveespecialist, merkte in een bezoek aan Nederland op: „Ik zie geen koeienstallen, alleen maar kalverstallen.” En daarmee gaf hij een eerste aanzet tot de oprichting van Vetvice Stallenbouw, waar koe-vriendelijkheid en arbeidsefficiëntie centraal staan. „Wij bouwen de beste stallen van de wereld”, stelt Driessen. „Vijf van de tien boeren uit de top 10 van CRV melken in een stal die ontworpen is door Bertjan Westerlaan en collega’s van Vetvice. Dat zijn allemaal stallen met een zacht diepstrooiselbed met zand, een stress-vrije afkalflijn op stro en een vreetplek voor iedere koe. Daarnaast zijn het open stallen met veel licht lucht en water. Wij streven naar gezonde koeien met een lange levensduur. Wij zijn ervan overtuigd dat het aantal lactaties per koe omhoog kan van drie naar zes. En dat biedt ook voordelen voor het milieu. Het verlengen van de levensduur met twee lactaties zorgt voor 30 procent minder methaan-, stikstof- en CO2-uitstoot. Koeien die gezond oud worden, zijn namelijk veel efficiënter dan hun jongere collega’s.”
Driessen, Hulsen en Bert van Niejenhuis hebben inmiddels 500 koesignalen trainers opgeleid in 50 verschillende landen, ze zijn in 70 landen en actief en zijn onlangs gestart met het aanbieden van een video e-learning waarmee zij ook de boeren in de armere landen willen helpen de juiste keuzes te maken bij het huisvesten van hun dieren. „Voor iedere training die we hier verkopen, geven we er één gratis weg aan deze boeren.”, vertelt Driessen.
Benedictus zei hierover in zijn speech: „Zij hebben op weergaloze wijze hun kennis en kunde over de hele wereld verspreid. En dat is goed voor de dieren, goed voor de boeren, goed voor dierenartsen en voor de hele maatschappij. En daarmee hebben ze deze penning, die ik toch als een soort Nobelprijs voor diergezondheid beschouw, dik verdiend.”
