Belgische veehouder krijgt 2,7 cent per liter melkquotum

Ook gaan ze een stabiliseringsmechanisme opzetten waarmee de inkomensverschillen voor de boer wordt beperkt. Zo zullen veehouders in tijden met een hoge melkprijs ook zelf wat bij moeten dragen.

46 miljoen euro

In totaal trekt de Belgische overheid 46 miljoen euro uit voor de melkveehouderij. Varkenshouders krijgen 30 miljoen euro. Deze steun zal hoofdzakelijk gefinancierd worden via een kleine tijdelijke toeslag op een aantal zuivel- en varkensproducten.

De uitbetaling zal gebeuren over een periode van zes maanden en er is een bijzondere regeling voorzien voor jonge starters. De steun zal maandelijks uitbetaald worden door de zuivelbedrijven gedurende een periode van zes maanden.

Belgische landbouworganisaties tonen zich tevreden met deze maatregel, maar wijzen er ook op dat deze toeslag slechts ‘een druppel op een hete plaat’ is. „Het verlies is vandaag veel groter dan die 46 miljoen euro. De toeslag maakt dit verlies niet goed, maar het zorgt wel voor liquiditeiten op de bedrijven”, zo stellen de organisaties.

Structureel systeem

Met deze afspraken willen de zuivelpartijen op korte termijn helpen om de ergste nood te verzachten. Om te vermijden dat ze over een paar maanden of jaren weer aan tafel moeten zitten, hebben ze ook afgesproken om te komen tot een structureel systeem dat kan ingezet worden bij acute crisis.

Een aantal principes werden daarbij al overeengekomen. Zo wil men middelen opbouwen over meerdere jaren. Ook landbouwers zullen daar aan moeten bijdragen, maar pas vanaf een prijsniveau dat de productiekosten dekt. Volume- en kostprijselementen zullen Eveneens worden meegenomen in de werking van dit stabiliseringsmechanisme.

A- en B-prijzen

Ook kijkt men nog naar een aantal andere structurele maatregelen. Zo wordt er gekeken of er mogelijkheden zijn om A- en B-prijzen vast te leggen. Daarnaast wil men afspraken maken over de looptijd van contracten en wordt er bekeken of vrijwillige en tijdelijke productieregulering kunnen helpen om het prijsrisico op te vangen.

Bron: Vilt