LTO beticht milieuclubs van stemmingmakerij

LTO Nederland reageert hiermee op vandaag gepubliceerd onderzoek van Arcadis. De miliebeweging gebruikt dat volgens LTO om een mogelijke groei van de veestapel tegen te gaan.
Dierrechten
De Tweede Kamer buigt zich namelijk vandaag over het plan om het voorgestelde stelsel van dierrechten, waarmee de hoeveelheid varkens en kippen wordt begrensd dat er in Nederland gehouden mag worden, af te schaffen. Volgens de milieuorganisaties blijkt uit onderzoek van onderzoeksbureau Arcadis (in opdracht van Natuur & Milieu, Milieudefensie en de natuur- en milieufederaties) echter dat afschaffen van melkquotum en dierrechten ruimte biedt om de veestapel te verdubbelen.
Petitie
De milieuorganisaties boden daarom samen met bezorgde burgers vandaag een petitie aan waarmee ze de politiek vragen het maximum aantal dieren in Nederland te handhaven, door dierrechten te behouden en ter vervanging van het melkquotum ook voor koeien in te voeren.
„Zonder dierrechten groeit de veestapel wat leidt tot grotere mestoverschotten, grotere gevolgen voor de volksgezondheid, vervuild drinkwater en stankoverlast. Daarnaast zal het aantal megastallen naar verwachting toenemen door uitbreidingsplannen van de veehouders", aldus de bezorgde milieuorganisaties.
Stemmingmakerij
Volgens LTO is hier echter sprake van stemmingmakerij. Er is in het rapport niet gekeken naar de economische perspectieven van de veehouderij, en ook niet naar afzetmogelijkheden voor dierlijke mest en de mogelijkheden om de milieudruk te verminderen. De milieubelasting door de veehouderij is de afgelopen decennia al fors teruggelopen, aldus LTO.
Bij het onderzoek is vooral gekeken naar de planologische ruimte die groei mogelijk zou maken. LTO stelt daar tegenover dat niet alleen grond een beperkende factor is in dit land, maar dat er tevens plafonds bestaan voor bijvoorbeeld fosfaat- en ammoniakemissie. Bovendien is met de overheid overeengekomen dat toekomstige mestproductie het niveau van 2002 niet mag overschrijden.
Krimp
Cijfers laten volgens LTO juist zien dat de veestapel de afgelopen decennia fors is ingekrompen. Zo is het aantal melkkoeien bijvoorbeeld sinds 1990 met circa veertig procent verminderd: van 2,4 miljoen in 1990 tot 1,48 miljoen in 2012. Het aantal varkens is sinds 1997 met ongeveer een kwart teruggelopen naar 12,2 miljoen in 2012 (tegen 15,2 miljoen in 1997). Deze teruggang in het aantal dieren betekende een daling van de productie en uitstoot van ammoniak van 333 kiloton (1990) naar 163 kiloton (1999) tot 100 kiloton in 2012. Ook de fosfaatproductie in dierlijke mest daalde van 260 miljoen kilo (1990) naar 165 miljoen in 2012.