Balanswaarde en investeringen melkveebedrijven namen toe

Binnen de land- en tuinbouw is de gemiddelde balanswaarde met ongeveer 4,5 miljoen euro het hoogst op de melkvee- en akkerbouwbedrijven. Dat meldt Agrimatie, het financieel onderzoeksinstituut van Wageningen Economic Research.

Agrimatie meldt verder dat de gemiddelde balanswaarde per einde boekjaar van de land- en tuinbouwbedrijven in 2020 3,7 miljoen euro was. Dit was ruim 120.000 euro meer dan een jaar eerder. De langlopende schulden liepen op tot gemiddeld 880.000 euro per bedrijf. Het eigen vermogen nam licht toe tot meer dan 2,6 miljoen euro per bedrijf in 2020. Gemiddeld lag de solvabiliteit op de land- en tuinbouwbedrijven op 73 procent.

Fosfaatrechten minder waard

Ondanks een licht stijgende balanswaarde bij melkveebedrijven werden de fosfaatrechten in 2020 gemiddeld ruim 3 ton minder waard ten opzichte van 2018. De meeste andere activa stegen echter in waarde. Grond stond voor bijna 2,5 miljoen euro op de balans en is hiermee de voornaamste bezitting. Zowel de langlopende schulden als het eigen vermogen namen toe in 2020 ten opzichte van het jaar daarvoor. Eind 2020 bedroeg de gemiddelde solvabiliteit 73 procent; dit is gelijk aan de solvabiliteit in 2019.

1 miljoen euro meer

De waarde van de fosfaatrechten is na de invoering in 2018 toegevoegd aan de bezittingen ook als deze om niet werden verkregen. Hierdoor nam de waarde van de immateriële activa op de melkveebedrijven in 2018 met ruim 1 miljoen euro toe. Tegenover de waardetoename aan de bezittingenkant, is een zogenaamde belastinglatentie aan de schuldenkant van de balans opgenomen, namelijk normatief 30 procent van de waarde van de immateriële activa. 'Dat betekent dat niet de totale waarde van de fosfaatrechten aan het eigen vermogen is toegevoegd', aldus Agrimatie.

Prijs grasland hoger

Grond is een belangrijke post op de balans van de melkveebedrijven. Uit de grondmarktmonitor van het Kadaster en Wageningen Economic Research blijkt dat de gemiddelde prijs voor grasland in 2020 ruim 58.000 euro per hectare bedroeg. Dit was 2.000 euro meer dan een jaar eerder.

De spreiding in de solvabiliteit tussen bedrijven in de melkveehouderij is fors. In 2019 had 20 procent van de bedrijven een solvabiliteit van meer dan 87 procent, terwijl er een even grote groep is waarvan de solvabiliteit onder de 62 procent ligt.

Toename investeringen

Het investeringsniveau in zowel de gangbare als de biologische melkveehouderij namen toe in 2020 ten opzichte van 2019. Bij beide typen bedroegen de investeringen in 2020 gemiddeld ruim 90.000 per bedrijf. In de gangbare melkveehouderij lag het investeringsniveau in 2014 en 2015 op een bovengemiddeld niveau doordat de sector fors investeerde in uitbreiding van het bedrijf anticiperend op de afschaffing van het melkquotum per 1 april 2015. In 2020 werd er vooral geïnvesteerd in machines, werktuigen en installaties (34.000 euro). Ook werd er bijna 10.000 euro geïnvesteerd in fosfaatrechten (immateriële activa). Een kwart van de bedrijven investeerde minder dan 10.000 euro, terwijl bijna 40 procent van de bedrijven meer dan 50.000 euro investeerde.

Biologische productiecapaciteit

Ook op de biologische melkveebedrijven werd in 2014 fors geïnvesteerd in uitbreiding van de productiecapaciteit. In 2020 werd er vooral geïnvesteerd in gebouwen (40.000 euro) en werktuigen en installaties (33.000 euro). Het percentage bedrijven dat minder dan 10.000 euro investeerde lag laag, namelijk 12 procent. Bijna de helft van de bedrijven investeerde meer dan 50.000 euro.