LTO: ‘Weglopen bij overleggen LNV leidt zelden tot betere resultaten’
Dit stelt de LTO in reactie op de berichtgeving dat de NMV zich uit de drie stikstofwerkgroepen over melkveemaatregelen stapte en LNV daarop de vakbond ook weerde uit het bestuurlijk stikstofoverleg. Ook Agractie liet eerder al weten de gesprekken met het ministerie te staken.
Volgens LTO zitten de verschillende belangenorganisaties inhoudelijk aardig op één lijn. Daarom blijft de organisatie het liefst gezamenlijk optrekken. „We zitten met het ministerie en andere partijen om het beleid beter te maken voor onze leden. Dat is onze taak als belangenbehartiger. We blijven ons dan ook inzetten om als sector gezamenlijk op te trekken in zowel het denkwerk van de uitvoer als op bestuurlijk niveau. Daarbij stellen we voorwaarden en eisen en krijgen we als sector helaas niet altijd onze zin.”
‘Eerst doorrekenen, daarna keuzes maken’
LTO laat weten dat ook zij het belangrijk vindt dat de kosten van de maatregelen in beeld zijn. „Op dit moment worden de resultaten en de impact van die maatregelen doorgekend door het PBL. Pas als dat het geval is kunnen er keuzes worden gemaakt. Voor ons is het een randvoorwaarde dat de maatregelen niet kostenverhogend zijn voor de individuele ondernemer en dat er keuzevrijheid is, passend bij de bedrijfsomstandigheden.”
PAS-melders prioriteit
De organisatie meldt verder dat zij samen met de andere sectorpartijen het belang zien van wat NMV noemt ‘het fundament’ van het stikstofbeleid. „Duizenden PAS-melders, interimmers en anderen zitten op dit moment zonder vergunning. Dit heeft voor ons prioriteit. Ook hebben we met andere sectorpartijen bij de behandeling van de stikstofwet in de Tweede Kamer verschillende problemen geadresseerd. Bijvoorbeeld door de sociaaleconomische gevolgen mee te wegen. Daarnaast dringen wij er ook op aan dat er in Aerius geen natuur wordt bijgeplust bij regulier agrarisch gebruik. Al in de zomer van 2019 agendeerde LTO de ongeschiktheid van het rekenmodel voor vergunningverlening. De commissie Hordijk nam veel van onze zorgen over.”