Maisoogst Noord-en Zuid Nederland opnieuw wereld van verschil

Vanaf midden volgende week slaat het weer om van over het algemeen uitzonderlijk warm nazomerweer naar klassiek Hollands herfstweer. Een omvangrijke depressie zorgt waarschijnlijk voor veel regen en later vooral veel wind. Waarschijnlijk houdt het herfstweer wel een week aan, waarna toch weer een nazomertje zou kunnen volgen.
Vanggewasverplichting op 1 oktober
Inmiddels nadert de snijmais ook in Noord-Nederland het optimale drogestofpercentage om te oogsten van 35-36% per kilo drogestof, meldt veevoercoöperatie Agrifirm. Op sommige plaatsen steeg het drogestofpercentage met 5% in een week tijd. Alleen op het meest noordelijk gelegen proefveld was het drogestofpercentage nog niet gevorderd tot boven de 30% (gemeten op dinsdag 15 september).
Volgens KWS maiszaad vertegenwoordiger Johan Russchen is de maisoogst in Noord-Nederland inmiddels dan ook voorzichtig gestart. Op percelen met hagelschade bijvoorbeeld, of omdat de maisvoorraad op was. „Ik zou graag zien dat de verplichting om vanggewassen in te zaaien werd verschoven naar 15 oktober. Want door de komende week te moeten oogsten zullen veel telers zetmeelopbrengst mislopen. Wat dat betreft mag de meeste mais echt nog wel een dag of 10 op het land staan.”
Vanwege de verplichting tot inzaai van vanggewas voor 1 oktober is er dit jaar veel meer dan vorig jaar gebruik gemaakt van vroege en zeer vroege rassen. Ook in Noord-Nederland. Russchen: „In juni groeide de mais ook te snel om goed onderzaai te kunnen toepassen. En als de teelt goed slaagt en het gras te lang is, heb je er last van bij het hakselen.”
Droge mais aandachtspunt
In Zuid-en Oost Nederland is de maisoogst voor het grootste deel achter de rug, op de meeste plaatsen. Volgens Agrifirm specialist Leo Tjoonk is er hier en daar mais met een drogestofpercentage van 40% en meer ingekuild, dat daardoor broeigevoeliger is. „Als de mais te droog de kuil in dreigt te gaan, voeg dan inkuilmiddel toe dat de azijnzuurproductie remt. Of maak een lange lage kuil van met hoge voersnelheid. Ook zie je wel eens dat er een bovenlaag van natte bijproducten wordt aangebracht, als dat op het juiste moment geleverd kan worden.” Rantsoentechnisch wordt het volgens Tjoonk pas een probleem als er veel mais wordt gevoerd. „Droge mais is heel bestendig en moeilijker verteerbaar. Maar bij een klein aandeel mais in het rantsoen is dat geen probleem.”
Net als de afgelopen twee uitzonderlijk droog en heet verlopen zomers is de tweedeling tussen Noord-en Zuid Nederland groot. Zowel in neerslagtekort als in opbrengst en oogstmoment van de mais. In Noord-Nederland zijn de opbrengsten dit jaar goed, verwacht Tjoonk van Agrifirm. Maar op de zandgronden in Zuid-en Oost Nederland is opnieuw sprake van droogteschade, als niet beregend is.