Stikstofstripper kan stikstofuitstoot op melkveebedrijf bijna halveren
Cornelissen, directeur-eigenaar van energieadviesbureau CCS, is graag bereid om zijn stevige statement toe te lichten. ,,Mest in de stal en het uitrijden ervan zorgen voor het overgrote deel van de ammoniakemissies op een melkveehouderij. Wij hebben een systeem van vergisting, mestscheiding en stikstofstripper ontwikkeld voor bedrijven vanaf pakweg 100 koeien. Volgens onze berekeningen op basis van de Wageningse cijfers verminder je daarmee rond 45 procent van de totale stikstof emissie op een melkveehouderij. De techniek van onze stikstofstripper kun je vergelijken met die van chemische luchtwassers, alleen reinig je niet de lucht maar haal je de stikstof uit de mest.”
Combinatie met monovergisting
Bij het systeem van CCS gaat het om een combinatie van stikstofstripper met monovergisting en mestscheiding. ,,Maar het kan ook zonder vergisting. Alleen, voor die stripper heb je voor het uitdampen van de mest een temperatuur van 50 tot 60 graden nodig. Met monomestvergisting haal je die warmte uit het geproduceerde biogas. Om 1 huishouden van energie te voorzien heb je drie koeien nodig, zo zeggen we altijd.”
Waarna Cornelissen, afgestudeerd natuurkundige en gepromoveerd werktuigbouwkundige, een rekensom maakt: ,,In totaal heb je voor een dichte stalvloer, vergister en stikstofstripper 6 ton nodig. Voor boeren met een dichte stalvloer is dat uiteraard minder. Daar staan opbrengsten tegenover; je gebruikt minder kunstmest, levert biogas, hoeft minder mest af te voeren en krijgt SDE-subsidie. Plus een hogere gewasopbrengst van 10 tot 20 procent omdat je de overblijvende mest emissiearm direct bij de plantenwortels brengt, maar dat hebben we niet meegenomen in het sommetje. Dat betekent dat je in 10 tot 12 jaar zo’n investering terugverdient.”
‘Vergoeding vanuit overheid nodig’
Zo’n lange periode, daar zullen weinig boeren aan beginnen geeft Cornelissen direct toe. ,,De oplossing is dus een vergoeding voor de veehouder van 250.0000 euro. Zeg dat 10.000 veehouders meedoen, dan zou je voor 2,5 miljard euro de totale Nederlandse stikstofuitstoot met 10 procent terugbrengen. Veel geld, dat klopt, maar vergeleken met andere plannen en voorstellen valt dat wel mee. Het uitkopen van veehouderijen bijvoorbeeld zou via het opkopen van fosfaatrechten ongeveer het vijfvoudige kosten.”
Voor een duurzame veehouderij zijn volgens de Deventernaar dit soort technische oplossingen heel hard nodig. ,,Er komen nog miljarden mensen bij. Die moeten allemaal gevoed worden. Ik zie ook niet dat komende jaren de zuivelconsumptie zal dalen, integendeel.”
Eerste stikstofstripper draait
De door CCS ontwikkelde stikstofstripper was in eerste instantie ontwikkeld voor boeren met een groot mestoverschot. ,,Deze groep veehouders wordt kleiner nu we naar een meer grondgebonden veehouderij gaan. Bij Bathmen draait al een eerste door ons ontwikkelde monomestvergister met stikstofstripper op een melkveebedrijf. We zijn niet de enige die deze techniek aan het ontwikkelen zijn maar we zien dit als een oplossing van de huidige stikstofcrisis. Je maakt de stikstofkringloop efficiënter en zorgt voor een duurzame landbouw.”
Behalve bij de Bathmense melkveehouderij draaide er een soortgelijke installatie bij een pluimveehouderij in Dalfsen. ,,Bij de varkens- en pluimveehouderij kun je deze technologie grootschalig inzetten. Dan is het al na vijf jaar rendabel.”
Cornelissen heeft zijn systeem al voorgelegd aan diverse Tweede Kamerleden. ,,Zij toonden echte interesse, maar vonden het lastig om het systeem goed te begrijpen, waardoor het niet als voorbeeld werd meegenomen in de commissievergadering. Maar we gaan door om dit onder de aandacht te brengen.”
Tekst: Lauk Bouhuijzen