Gemiddeld weidebedrijf realiseert 17.000 euro hoger saldo
Dit blijkt uit een analyse van DLV. Het adviesbedrijf heeft over 2017 de resultaten vergeleken van bedrijven die weiden met bedrijven die opstallen. Daarbij werden bedrijven genomen met een intensiteit van 20.500 kilo melk per hectare.
In de vergelijking behaalden bedrijven die weiden in 2017 een hoger saldo van 1,7 cent per kilo melk. Dit komt vooral door een hogere melkprijs. Het overgrote deel is toe te schrijven aan de weidepremie (+1,6 euro per 100 kilo melk extra), maar ook de hogere gehalten aan vet en eiwit (+0,07 procent) zorgen voor een hogere melkopbrengst.
Lagere krachtvoer-, hogere ruwvoerkosten
Aan de kostenkant besparen weidende bedrijven op de krachtvoerkosten (-0,5 euro per 100 kilo), de grondgebonden kosten (-0,2 euro per 100 kilo) en de bewerkingskosten (-0,2 euro per 100 kilo). De ruwvoerkosten daarentegen liggen 0,7 euro per 100 kilo hoger bij weiden. Dit laatste komt door de lagere opbrengst van het grasland bij weiden. Ook was er een lager aandeel snijmais in het bouwplan bij de bedrijven met weidegang. Grasland geeft een lagere droge stofopbrengst per hectare dan snijmaïs. Hierdoor liggen de totale voerkosten iets hoger, zo verklaart DLV.
Saldo per koe vrijwel gelijk, per hectare hoger
Hoewel het saldo per 100 kilo melk ruim 1,7 cent hoger ligt, is het saldo per koe nauwelijks hoger bij weiden. Dit komt vooral door de lagere melkproductie per koe (-500 kilo op jaarbasis). Het saldo per hectare ligt bij weiden wel weer bijna 230 euro hoger.
DLV verwacht dat het verschil in saldo tussen weiden en niet-weiden vanaf 2018 nog groter wordt. Dit verklaart het adviesbedrijf door de nieuwe melkstromen die geïntroduceerd zijn, waarin weiden een belangrijk factor is.