‘Denemarken bepaalt melkprijs in Europa’

Het EDF congres besteedde veel aandacht aan de ‘break-even melkprijs’, die volgens dit verband van Europese melkveehouders in de Europese Unie gemiddeld 0,32 eurocent per liter bedraagt. Historisch gezien volgt de melkprijs deze break-even melkprijs, waarbij niet alleen de variabele maar ook de vaste kosten volledig zijn gedekt. Omdat Deense melkveehouders voor een melkprijs van 32 cent kunnen produceren, zal de Europese melkprijs niet gaan stijgen de komende jaren. Deze verwachting werd op het EDF congres uitgesproken, zegt Dick Millenaar. ‘De Deense melkveehouderij heeft weliswaar zware jaren gekend met een lage melkprijs, hoge financiering en een sterke grondprijsdaling, maar de melkveetak heeft een sterke consolidatie doorgemaakt. Met als resultaat toekomstbestendige bedrijven die jaarlijks de productie opvoeren.’
Bedrijven met meer dan 500 koeien normaal
Dat blijkt ook uit de cijfers van Danmark Statistik, het Deense CBS. Sinds 2012 daalde het aantal Deense melkveebedrijven in slechts 6 jaar tijd met een kwart van 3886 naar 2884. Maar de melkproductie steeg met bijna 700 miljoen liter in dezelfde periode, sinds 2012. Het aantal bedrijven met meer dan 500 koeien groeide van 60 in 2012 naar bijna 150 in 2018 en ook bedrijven met meer dan 1000 koeien zijn geen unicum meer. Millenaar: ‘De Deense melkveehouderij heeft met grote strak georganiseerde bedrijven de kosten verlaagd door schaalvergroting, strenge protocollen en een strak voermanagement en een hoog dierenwelzijn. Met deze bedrijfsvoering lukt het Deense melkveehouders om melk te produceren voor een lagere kostprijs dan het huidige Europese gemiddelde.’
Tegengestelde kostprijsontwikkeling
Terwijl de Deense EDF leden hun kostprijs nauwelijks zien stijgen en kunnen produceren met een kostprijs van 30 cent per liter, zagen de Nederlandse leden hun kostprijs de laatste jaren juist stijgen naar 35 cent of meer, met name door de invoering van het fosfaatrechtenstelsel. Ook het verschil in schaalgrootte heeft een rol gespeeld in de tegengestelde kostprijsontwikkeling tussen beide landen.