Rust in de stal, rust in het hoofd

Een familiebedrijf in beweging

Het melkveebedrijf van de familie Van Rooijen bestaat al drie generaties. Marco werkt er sinds 2012 en nam het in januari 2025 volledig over. Zijn vader van 68 jaar is officieel met pensioen, maar nog regelmatig op het erf te vinden. “Hij is weer voor zichzelf begonnen als zzp’er, maar hij komt elke zaterdag helpen — koeien droogzetten, dieren uitzoeken. Dat vindt ’ie prachtig. En eerlijk, ik ook. Het gaat met z’n tweeën altijd beter dan alleen.”

Met 180 tot 200 melkkoeien en 100 stuks jongvee blijft het bedrijf overzichtelijk. “Een mooi aantal,” zegt Marco. “Groot genoeg om efficiënt te zijn, klein genoeg om alles te blijven overzien.” De nieuwe stal, gebouwd in 2021, is ingericht op arbeidsgemak en rust. “Alles draait hier om structuur,” zegt hij. “Voor de koeien, maar ook voor mijzelf.”

Van handmatig voeren naar automatische rust

Tot voor kort voerde Marco nog met de mengwagen. “Dat is elke dag een flink karwei,” vertelt hij. “Je bent er uren mee bezig en gebonden aan tijden. Of het nou regent of stormt – het moet gewoon gebeuren.”

De overstap naar de Vector moest daar verandering in brengen. “Ik wilde meer rust en regelmaat. De Vector past bij hoe ik wil werken: strak, overzichtelijk en voorspelbaar.”

Naast gemak speelde veiligheid een rol. “Er lopen hier kinderen rond. Met een mengwagen rijd je vaak over het erf, dat zijn toch risico’s. De Vector rijdt rustig, stopt als er iets voor’ m staat – dat geeft gewoon een veilig gevoel.” Zijn moeder had hem daar ooit op gewezen. “Ze zei: ‘Jij rijdt met zware machines waar de kleintjes spelen.’ En ze had gelijk.”

De opstart met hobbels

De installatie van de Vector verliep volgens plan, tot er kort daarna een terugkerende storing optrad. De robot stopte soms bij één voerhek, steeds na een paar dagen probleemloos draaien. Marco vertelt: “Na een herstart draaide hij weer prima, maar het gebeurde wekelijks. Dan weet je: er zit iets niet goed.”

De monteurs van Lely Center Bunschoten kwamen langs om de oorzaak te achterhalen. Ze controleerden de instellingen, sensoren en elektronica, maar de storing bleek lastig te reproduceren. “Ze hebben echt alles nagekeken,” zegt Marco. “Het was niet iets dat direct te vinden was.”

Omdat het probleem bleef terugkomen, schakelde het Lely Center door naar het hoofdkantoor in Maassluis. Daar werd een productspecialist betrokken die samen met engineering het probleem en de data analyseerde. Het probleem bleek bij de software te liggen die een elektronisch component niet goed aanstuurde. De engineers ontwikkelden daarop een software-aanpassing om de storing te verhelpen.

Na uitvoerig testen werd de nieuwe software bij Marco geïnstalleerd. “Sindsdien draait de Vector zonder problemen,” zegt hij. “Hij heeft geen enkele keer meer stilgestaan.”

Samenwerking die het verschil maakt

Marco benadrukt dat vooral de samenwerking met Lely Center Bunschoten het verschil maakte. “Ze bleven erbij, ook toen het niet direct opgelost was,” vertelt hij. “Ze hadden kunnen zeggen: wacht maar af tot er een update is, maar dat deden ze niet. Ze kwamen terug, bleven meedenken en hielden contact met Maassluis. Dat gaf vertrouwen.”

Ook de rol van FMS’er Rens noemt hij belangrijk. “Rens staat altijd klaar. Even appen of bellen en hij reageert snel. Dat werkt gewoon prettig,” zegt Marco. “Hij denkt mee, kijkt naar het voer en het management, niet alleen naar de techniek.”

De software-update bracht meer mee dan alleen een oplossing. Er kwamen ook nieuwe functies voor de Feedgrabber, die het voer nu strakker pakt en minder laat liggen. Marco glimlacht: “Eerst dacht ik dat het toeval was, maar het klopt echt. Sindsdien draait het systeem perfect. In het begin dacht ik: dat ding heeft kuren. Nu denk ik: hij voert beter dan ik zelf ooit deed.”

De kracht van advies en betrokkenheid

Marco prijst de manier waarop het lokale Lely Center en de FMS-adviseur betrokken bleven. “De monteurs kennen de techniek, maar de FMS-adviseur kijkt naar het grotere plaatje – naar het voer, de koeien en het management. Dat vult elkaar goed aan. En als er iets is, bel ik gewoon. Geen kastje-naar-de-muur, maar direct iemand die meedenkt.”

Volgens hem zit daar het verschil: de robot doet het werk, maar de mensen erachter zorgen dat hij blijft draaien. “De techniek is sterk, maar zonder goede samenwerking werkt het niet.”

Gezondere koeien mede dankzij automatisch voeren

Automatisering betekent voor Marco niet minder betrokkenheid, juist meer inzicht. “Je ziet eerder wat er gebeurt. De koeien eten gelijkmatiger, je kunt beter sturen op voer en gedrag.” De resultaten ziet hij ook terug in de gezondheid van zijn veestapel. In een interview met Nieuwe Oogst vertelde hij dat het aantal Mortellaro-gevallen op zijn bedrijf met meer dan 80 procent is afgenomen. “Dat heeft natuurlijk meerdere oorzaken,” zegt hij, “maar rust en structuur spelen een grote rol. Minder stress betekent gezondere koeien.”

Stabiel groeien

De stal biedt ruimte voor uitbreiding, maar haast heeft Marco niet. “We kunnen groter worden, maar we doen het stap voor stap. Rust is belangrijker dan groei. Eerst alles stabiel, dan verder.” Met de Vector en drie melkrobots heeft hij nu een bedrijf dat klaar is voor de toekomst. “De techniek helpt me om beter te boeren. Niet om meer te doen, maar om het goed te doen.”

Zo hoort het

Buiten rijdt de Vector zijn ronde. Binnen klinkt het zachte tikken van een lepeltje tegen een koffiekop. Zijn dochtertje roept iets vanuit de gang. Marco glimlacht. “Zo hoort het,” zegt hij. “Rust, structuur en vertrouwen – dat is wat telt.”