Investeren in een voerrobot vraagt meer dan alleen rekenen

Ondernemers in de melkveehouderij maken voortdurend strategische keuzes over de richting van hun bedrijf. Zulke keuzes zijn nooit puur financieel of rationeel onderbouwd; er spelen ook persoonlijke, sociale en praktische factoren mee. Dat geldt ook voor de afwegingen die een melkveehouder maakt bij de aanschaf van onder andere een voerrobot. Dat is de ervaring van Marijn Dekkers, sectormanager melkveehouderij bij de Rabobank.

„Of een investering rendabel is, is niet alleen te vangen in een Excel-overzicht met kosten en opbrengsten. Naast rendement spelen ook bedrijfsaspecten mee, zoals de beschikbaarheid, kwaliteit en inzetbaarheid van arbeid. Daarnaast zijn er melkveehouders die voor automatisch voeren kiezen omdat dit, net als een melkrobot, meer flexibiliteit geeft voor het gezinsleven en sociale leven van de melkveehouder. Ook ergonomie en verlichting van de werkdruk dragen bij aan de overwegingen van de melkveehouder,” vertelt Dekkers.

Daarnaast kan fiscale druk meespelen, bijvoorbeeld wanneer een melkveebedrijf relatief weinig meer kan afschrijven, waardoor de fiscale winst stijgt. Dat kan een reden zijn om te investeren in een voerrobot.

Lees verder onder het kader

Bij de beoordeling van een financieringsaanvraag kijken de adviseurs van de bank dus niet alleen naar de financiële aspecten, maar denken ze volgens de sectormanager ook mee over de beweegredenen en de gevolgen van de keuzes. Zo wordt een investering in een automatisch voersysteem rendabeler als het de bouwkosten verlaagt en minder mechanisatie mogelijk maakt. „Anders verlies je aan efficiëntie en duurt het langer voordat de investering zich terugbetaalt.”

Drie financieringsopties

Bij een investering in een techniek als een automatisch voersysteem heeft de melkveehouder keuze uit drie financieringsopties: betalen uit eigen middelen, financiering door de bank of leasen. Elk systeem heeft zijn eigen voor- en nadelen.

Een van de opties is betalen uit liquiditeit, dus uit eigen financiële middelen. „Deze mogelijkheid is voor een melkveehouder het eenvoudigst. Je praat dan wel over een stevig bedrag, maar er zijn bedrijven die dit uit rekening-courant kunnen betalen,” weet de sectormanager. Deze mogelijkheid leidt niet tot extra financieringslasten. Wel blijft het belangrijk om voldoende liquiditeit over te houden om tegenvallers door prijsfluctuaties op te vangen. Dat geldt zeker in deze tijd, waarin de melkprijs onder druk staat en onzeker is wat de mestprijzen volgend seizoen gaan doen.

Een tweede financieringsmogelijkheid is leasen. Een voordeel hiervan is dat deze financieringsvorm doorgaans snel te realiseren is, je geen eigen liquiditeit hoeft in te zetten en het vaak direct wordt aangeboden door de leverancier. „Een nadeel is wel dat leasen hoge financiële lasten met zich meebrengt, die bovenop de al bestaande aflossingsverplichtingen komen. Het risico bestaat dan dat ondernemers te weinig tijd hebben om de financiering goed in te passen in de bedrijfsvoering, zeker wanneer ze de installatie binnen vijf tot acht jaar moeten terugbetalen.”

Bancaire financiering

De derde optie om een systeem aan te schaffen is via een bancaire financiering. Deze mogelijkheid duurt doorgaans wat langer om rond te krijgen, maar het voordeel is dat de bank integraal kijkt naar de financiële positie van het bedrijf en de persoonlijke wensen van de ondernemer. De adviseur van de bank beoordeelt vervolgens of de investering past binnen de totale aflossingscapaciteit en het langetermijnperspectief van het melkveebedrijf.

„Zo kijken we samen met de melkveehouder naar welke investeringen er nog meer nodig zijn, zoals het vervangen van versleten machines en/of gebouwen of de aanschaf van grond, voor de toekomstbestendigheid van het bedrijf. De adviseur zal daarbij ook bekijken of automatisering past bij de manier van werken van de melkveehouder. Daarmee wordt vooraf een inschatting gemaakt of een automatisch voersysteem voordeel oplevert voor het bedrijf. Onze ervaring is dat wie weinig vertrouwen heeft in de technologie, minder voordeel uit de investering haalt.”

De financiering geldt voor een langere termijn. Dat betekent doorgaans dat de aflossingsverplichtingen lager zijn dan bij een leaseconstructie. Bij een bancaire financiering spelen bovendien verwachtingen over de langjarige melkprijs en de verwachte mestafzetkosten voor het melkveebedrijf een belangrijke rol bij de aanvraag.