
Opvolger Jean Nicolaes gaat toekomst optimistisch tegemoet: “Meer richten op kwaliteit dan op kwantiteit”


Jean Nicolaes zit samen met broer Luuk in de maatschap met ouders Jack en Monique. De familie melkt 190 koeien met 3 melkrobots, op zo’n 110 hectare. De boerderij stamt uit 1871 en is gelegen in het Zuid-Limburgse heuvellandschap.
Vader Jack kwam met het idee om deel te nemen aan Netwerk Praktijkbedrijven. “Hij had het ergens gehoord en zag het als een manier om extra kennis te vergaren. Uit projecten als deze komen vaak mooie resultaten. Voor ons is het een kans om ons verder te ontwikkelen in de materie van voeding, uitstoot en andere zaken die spelen.”
“Het kan voordelen bieden om scherper te voeren en meer bezig te zijn met de input en output op je bedrijf”, vervolgt Jean. “Je hoopt er ook mee te besparen. Wat je niet kwijtraakt aan emissie hoef je ook niet aan te kopen. We focussen dan ook op zo min mogelijk verliezen op ons bedrijf. Verliezen kosten je namelijk ook geld.”
Weidegang
Een van de maatregelen die Jean toepast is sturen op het maaimoment. “We willen het gras niet te oud laten worden en maaien elke vier weken. Dat maakt ons gras kwalitatief beter.”
“Ook proberen we droger in te kuilen, zodat de benutting van het eiwit beter wordt. En we hebben stappen gezet richting meer weidegang. Vanaf het begin van dit project passen we Nieuw Nederlands Weiden toe. We hebben onze percelen in vijf weideblokken opgedeeld.”
“Het boeren hier is anders geworden dan vroeger. Eerder liet je de koeien gewoon naar buiten en keek je er misschien niet veel meer naar om. Nu moeten we telkens een nieuw weiland openzetten. Je bent er intensiever mee bezig, maar dat maakt je ook bewuster.”
Bedrijfsbegeleider Jan van Middelaar en beweidingsspecialist Mark de Beer gaven als tip mee om de koeien ’s ochtends al rond half 5 – 5 uur naar buiten te doen, omdat de grasopname in de ochtendschemering het hoogst is. “In het begin deden we de hekken zelf nog open. We zagen inderdaad dat de koeien direct naar buiten wilden en dan gelijk goed vraten. Nu hebben we dus een eigen systeem gebouwd, waardoor het hek automatisch opengaat”, aldus Jean. “Dat bevalt ons goed.”
Voortgang en bedrijfskenmerken (2020)
Grondsoort: Löss
Totale oppervlakte: 83,95 ha
Aantal melkkoeien: 150
Intensiteit: 17.060 kg meetmelk / ha
Bedrijfsvoering: Gangbaar
Aantal dagen weidegang: 210 dagen per jaar
Aantal uren weidegang: 7 uren per dag
Verteerbaarheid maïs
“Naast gras voeren we onze koeien ook een behoorlijk aandeel maïs”, vervolgt Jean. “Wij zijn in dit project ook goed gaan kijken naar de verteerbaarheid van de maïs. Wij kwamen erachter dat er per ras best verschil in kan zitten. Sommige rassen maïs zijn minder goed verteerbaar, waardoor de methaanuitstoot ook aanzienlijk meer is.”
“Daarom zijn we nu overgegaan op maïsrassen die wél goed verteerbaar zijn zoals de LG 206 of 211. Dankzij een lager NDF in de maïskuilen beperk je methaanuitstoot waar mogelijk. Ook dat is een nieuwe manier van kijken. Je richt je niet alleen meer op de hoeveelheid die je van je perceel af zou kunnen halen, maar ook op de samenstelling waaruit het bestaat. Je richt je meer op kwaliteit dan op kwantiteit.”
“Sinds een paar jaar telen we ook een mengsel van grasklaver en luzerne”, voegt hij toe. “Deze gewassen zijn vlinderbloemig en nemen dus stikstof uit de lucht op en houden deze vast. Dit werkt goed in rotatie met snijmaïs. Door het grasklavermengsel bouw je een buffer op in de grond. Hierdoor heb je bij de teelt van snijmaïs relatief weinig dierlijke mest nodig. Dat geeft weer ruimte om je mest te benutten. In tijden van een lage bemestingsnorm komt het dus goed uit: je hebt mínder mest nodig en teelt een gewas met méér eiwit.”
'Ik ben nu steeds meer gericht op kwaliteit dan op kwantiteit'
Jean Nicolaes

Communiceren
Ondanks de daling in ruw eiwit en toepassing van andere maatregelen lijkt de ammoniakemissie op het bedrijf afgelopen jaren wel toegenomen met 13,6% (2023 t.o.v. 2020). Hoe dat zit? “De cijfers worden berekend op bedrijfsniveau”, verklaart Jean. “Wij zijn een groeiend bedrijf. We kozen voor een derde robot, die we ook vol wilden zetten met ons eigen jongvee.”
“Per koe en per liter melk hebben we onze uitstoot omlaag gekregen, maar we hebben dus wel 40 koeien meer dan toen we begonnen aan het project. Dat verklaart de toename. Het is belangrijk dat we cijfers op de juiste manier naar buiten communiceren.”
“Daarbij komt ook de boodschap dat niet alles maakbaar is. Zo verwacht ik dat onze methaanemissie volgend jaar weer toeneemt, door de grove tweede snede die we dit jaar hadden. Er is veel mogelijk, maar op bepaalde momenten ben je puur afhankelijk van weeromstandigheden. Het ideaalplaatje is niet realistisch, in ons vak heb je ook veel niet in de hand.”
Kansen
Hoe ziet Jean de toekomst van het familiebedrijf? “In de sector gebeurt veel, maar onze algemene stemming is optimistisch. Ik ga ervan uit dat er een punt komt waarop degenen die door willen gaan voldoende kansen krijgen om zich te ontwikkelen.”
“Er is nog veel te leren. Zo krijgen we binnen het project ook meer handvaten om beter te scoren in de KringloopWijzer en te zien waar je impact kan maken. De één-op-één begeleiding helpt daarbij”, besluit hij.
“Wij leveren bij FrieslandCampina, waar je een plus op je melkprijs krijgt als je goed let op duurzaamheid. Het is dus fijn om meer inzicht te krijgen in hoe je bedrijf te verduurzamen. Wij zijn tevreden over waar we naartoe gaan als bedrijf en kijken uit naar wat nog komt.”
'Het is belangrijk dat we onze cijfers op de juiste manier naar buiten communiceren'
Jean Nicolaes
Beeld: Harry Kolenbrander
Bron: www.netwerkpraktijkbedrijven.nl