Minister bereidt snelle invoering Renure voor

In afwachting van de definitieve goedkeuring werkt Wiersma verder aan de voorbereiding van de benodigde aanpassingen van de Nederlandse regelgeving. Daarnaast wil ze met de sector in gesprek, om er samen zorg voor te dragen dat de de implementatie van Renure zonder problemen verloopt. Daar wil ze onder andere de de ervaringen die zijn opgedaan met de pilot mineralenconcentraat bij betrekken. 'Het streven is om deze regelgeving in te laten gaan zodra de voor Renure door de Commissie voorgestelde aanpassing van de Nitraatrichtlijn in werking treedt', besluit Wiersma haar brief aan de Tweede Kamer.
Voorstel aangepast
In haar brief legt de minister uit dat het originele 'Renure-voorstel' is aangepast na het sluiten van de internetconsultatie. Om wat voor een aanpassingen het gaat, kan de minister niet zeggen, omdat de wijzigingen officieel nog moeten worden vastgesteld. Hoewel het op dit moment dus nog ongewis is hoe Renure in de toekomst mag worden ingezet, is de minister ervan overtuigd dat ook met de nog toe te passen wijzigingen de toelating van Renure goed nieuws betekent voor de Nederlandse boeren.
Minder kunstmest, minder mestoverschotten en een efficiënter grondstoffengebruik
In haar brief aan de Tweede Kamer legt Wiersma nogmaals uit wat onder Renure verstaan wordt: 'Renure is een bewerkte vorm van dierlijke mest die ingezet kan worden als kunstmestvervanger. Daarmee helpt het om waardevolle nutriënten uit mest beter te benutten, mestoverschotten te verminderen en de druk op de mestmarkt te verlichten. Met deze beslissing zet Europa een belangrijke stap richting een duurzamer mestbeleid en efficiënter grondstoffengebruik.'
Als alles voorspoedig verloopt, ziet het ernaar uit dat boeren die er al klaar voor zijn, vanaf het teeltseizoen 2026 gebruik kunnen maken van Renure.

Tekst: Hermien van der Aa
Woont en werkt op een melkveebedrijf in Hernen met als neventakken educatie en zorglandbouw. Sinds 2020 parttime redacteur melkvee bij Agrio, waar ze hoofdzakelijk schrijft voor de website melkvee.nl, het vakblad Melkvee en de regiobladen
Beeld: Hermien van der Aa
Bron: Tweede Kamer