Gemiddeld 28 procent van de koeien ervaart een vorm van kreupelheid

Onderzoekers van de Wageningen Universiteit, Universiteit Utrecht en Cornell University analyseerden 53 relevante studies die de afgelopen 25 jaar over dit onderwerpen zijn verschenen en brachten de belangrijkste risico’s in kaart.
Grote variatie
Wat opvalt uit de analyse is de enorme spreiding van het percentage koeien met een vorm van kreupelheid. Dit varieert tussen de 2,6 en 63,7 procent met een gemiddelde van 28 procent. De mate van voorkomen is sterk afhankelijk van de definitie van kreupelheid. Om de verschillende studies met elkaar te kunnen vergelijken ontwikkelden de onderzoekers de Welfare Quality Equivalent(zie kader).
Risicofactoren
Kreupelheid houdt in dat koeien zichtbaar moeite hebben met lopen. Verschillende aandoeningen kunnen, aldus de onderzoekers leiden tot kreupelheid. Enkele voorbeelden die zij noemen zijn: infectieuze klauwaandoeningen en fysieke beschadigingen van de klauwen door ongeschikte vloeren.
De belangrijkste risicofactoren die kreupelheid in de hand werken zijn: een gebrek aan toegang tot weidegang, betonnen vloeren, ligplaatsen zonder diep strooisel, slechte lichaamsconditie en een hoog aantal afkalvingen per koe.
Betere huisvesting en management
De onderzoekers zien voldoende mogelijkheden het hoge percentage kreupelheid terug te dringen. Kijkend naar de risicofactoren is de meeste winst te halen met het verbeteren van de huisvesting en het management.
Om meer inzicht te krijgen in welke interventies het meeste effect sorteren, pleiten de onderzoekers voor een gestandaardiseerd, grootschalig en gedetailleerd onderzoek naar het voorkomen van kreupelheid.
Welfare Quality equivalent
In de 53 geanalyseerde rapporten maakten de betrokken onderzoekers gebruik van verschillende systematieken voor het vaststellen van kreupelheid. Om deze systematieken met elkaar te kunnen vergelijken hebben de onderzoekers een nieuwe methode ontwikkeld, de zogenaamde Welfare Quality equivalent. De Welfare Quality equivalent definieert kreupelheid en ernstige kreupelheid op basis van staplengte, belasting van de ledematen en houding van de rug.