ACM wijst klacht melkveehouder tegen Lactalis af

De melkveehouders van maatschap Selles dienden in mei een handhavingsverzoek in. Volgens hen had Lactalis het contract eenzijdig opgezegd zonder rechtsgeldige grond.
Lactalis betwistte dit. Het bedrijf stelde dat het contract is opgezegd volgens de afspraken die in 2022 met Selles zijn gemaakt. De reden: Selles maakte bezwaar tegen de nieuwe leveringsvoorwaarden die volgens Lactalis nodig waren om eerdere overtredingen van de Wet OHP Landbouw te voorkomen. De zuivelverwerker geeft aan maatschap Selles te hebben uitgenodigd voor een gesprek, maar dit heeft niet plaatsgevonden.
Commerciële vergelding
Tevens zou de beëindiging van het leveringscontract volgens de maatschap een vorm van commerciële vergelding zijn, samenhangend met hun rol in de Leveranciersvereniging Leerdammer Collectief (LVLC), die kritisch stond tegenover de nieuwe leveringsvoorwaarden. Volgens de maatschap maakt de zuivellaar onderscheid tussen leveranciers in het bestuur van LVLC en andere leveranciers.
Lactalis ziet de opzegging niet als commerciële vergeldingsmaatregel en zegt geen onderscheid te hebben gemaakt tussen leveranciers die bezwaar hebben gemaakt tegen het nieuwe prijssysteem.
Handhaving afgewezen
Na bestudering van de stukken oordeelde de ACM dat de opzegging in lijn was met de contractvoorwaarden en dus geen eenzijdige wijziging vormde. Ook zag de toezichthouder geen aanwijzingen voor commerciële vergelding. Er zou niet anders zijn gehandeld tegenover Selles dan tegenover andere leveranciers die bezwaar maakten tegen het nieuwe prijssysteem. Het handhavingsverzoek is daarom afgewezen.
Selles kan nog bezwaar maken tegen het besluit.