Agrarisch natuurbeheer zorgt voor waardedaling grasland

Het prijsverschil loopt op bij intensievere vormen van beheer zoals weidevogelbeheer en botanisch beheer.
Ecologische winst versus verlies aan waarde
Hoe zwaarder het beheer, hoe groter de waardedaling van de grond. In de periode van 2020 tot en met 2024 bracht een hectare grasland buiten het ANLb zoekgebied 69.900 euro op. Een hectare grasland binnen het zoekgebied, maar zonder beheerpakket bracht 61.700 euro op. Een hectare grasland met beheerpakket bracht gemiddeld 60.600 euro op.
Grasland met zwaar beheer als weidevogelbeheer of botanisch beheer daalde nog meer in waarde. Een hectare gras met weidevogelbeheer bracht in de onderzochte periode 56.500 euro op. Een hectare gras met botanisch beheer brengt 100 euro meer op 56.600 euro per hectare.
Grasland met nestbescherming werd voor 63.800 euro per hectare verkocht. Waarbij opgemerkt dient te worden dat alleen het prijsverschil voor weidevogelbeheer ook echt statisch significant is.
Zwaar beheer nodig voor ecologische winst
Een ecologische evaluatie van Wageningen Environmental Research toont aan dat alleen bij voldoende zwaar beheer ecologische winst te behalen is. Voor open grasland gaat het dan om maatregelen als kruidenrijk grasland, plasdras of extensieve beweiding. Tot op heden is het lichte beheer echter dominant.
Voor de grutto bijvoorbeeld is een aandeel van gemiddeld 40 procent zwaar beheer nodig. Tegelijkertijd moeten de percelen met dit zware beheertype ook ruimtelijk geclusterd zijn, om zichtbare ecologische winst te behalen. ‘De huidige vergoeding voor agrarisch natuurbeheer is echter uitsluitend kostendekkend. En dat maakt het lastig boeren te stimuleren om zwaardere maatregelen te nemen’, stellen de onderzoekers. ‘Zeker bij stijgende kosten of ingrijpende maatregelen zou een financiële ‘plus’ boven op de kostenvergoeding deelname aantrekkelijker maken.’
Prijsverschillen lopen op
Het prijsverschil tussen grasland binnen en buiten de ANLb-zoekgebieden is vooral zichtbaar na 2016, het jaar waarin het ANLb-stelsel is ingevoerd. In de jaren daarvoor (2012–2015) waren de prijzen van percelen die tegenwoordig in het ANLB-zoekgebied liggen, na correctie voor fysieke kenmerken, nog vergelijkbaar. In recentere jaren liggen de prijzen van percelen binnen de zoekgebieden echter significant lager dan die van grasland buiten de zoekgebieden.
Verklaring waardeverschil
De onderzoekers hebben niet met zekerheid vast kunnen stellen waarom grasland met agrarisch beheer minder opbrengt. Als mogelijke oorzaken noemen ze de beperkte agrarische productiemogelijkheden. Collectieven maken vaak de keuze om graslandbeheer vooral toe te passen op percelen met van nature beperktere agrarische productiemogelijkheden. Dergelijke percelen hebben doorgaans een lagere economische waarde, ook zonder dat sprake is van een beheerpakket. Deze selectieve inzet van beheer zou kunnen verklaren waarom de gemiddelde prijs lager ligt, zonder dat het beheer zelf daarvoor verantwoordelijk is. Dit beeld wordt door diverse deskundigen ook bevestigd.
Een andere mogelijke verklaring is dat het langdurig uitvoeren van graslandbeheer invloed heeft op de agrarische waarde van een perceel. Langdurig beheer kan leiden tot verschraling van de bodem, verhoogde onkruiddruk of het uitstellen van investeringen in bijvoorbeeld afwatering.
Ook het aanwijzen van ANLb-zoekgebieden kan een rol spelen. Deze gebieden liggen vaker nabij Natura 2000-gebieden of op kwetsbare veengronden. Voor grondeigenaren kan dit aanleiding zijn om rekening te houden met toekomstige beperkingen of beleidsmaatregelen, wat de economische waarde van de grond nu al beïnvloedt.
Provinciale verschillen
De grootste oppervlakte aan ANLb-graslanden ligt in de provincies Friesland, 22.500 hectare, Zuid-Holland, 15.100 hectare en Noord-Holland 12.300 ha. Vanwege de beperkte arealen in andere provincies en de daarmee samenhangende beperkte handel, is van de overige provincies geen betrouwbaar beeld te geven van het prijsverschil tussen regulier grasland en grasland met agrarisch natuurbeheer.
Het valt op dat het prijsniveau van grasland binnen en buiten het zoekgebied open grasland in Friesland over de periode 2020-2024 vrijwel identiek is. In Zuid-Holland en Noord-Holland laten graslanden binnen de zoekgebieden daarentegen een duidelijk lagere transactieprijs zien.
In Zuid-Holland ligt de gemiddelde transactieprijs van agrarisch grasland binnen de zoekgebieden 5% lager dan die van grasland buiten de zoekgebieden. In Noord-Holland bedraagt dit verschil 16%. In alle drie de provincies liggen de transactieprijzen van de hier onderzochte beheerde ANLb-graslanden ook duidelijk lager dan die van agrarisch grasland buiten de ANLb-zoekgebieden voor open grasland: in Friesland is het verschil 6%, in Zuid-Holland 11% en in Noord-Holland maar liefst 19%.
Lagere mobiliteit bij natuurbeheer
Van het grasland buiten de zoekgebieden voor ANLb wordt in de periode 2020-2024 jaarlijks gemiddeld 1,9% verhandeld. De grondmobiliteit van grasland binnen het ANLb-zoekgebieden ligt beduidend lager, met een jaarlijks verhandeld aandeel van 1,2% van het areaal. Natuurlijk grasland kent de laagste mobiliteit van alle graslandtypen. Van de in totaal 139.000 hectare natuurlijk grasland wisselt jaarlijks gemiddeld slechts 0,4% van eigenaar.

Tekst: Hermien van der Aa
Woont en werkt op een melkveebedrijf in Hernen met als neventakken educatie en zorglandbouw. Sinds 2020 parttime redacteur melkvee bij Agrio, waar ze hoofdzakelijk schrijft voor de website melkvee.nl, het vakblad Melkvee en de regiobladen
Beeld: Susan Rexwinkel
Bron: Wageningen Economic Research