
Efficiëntie mag niet ten koste gaan van koegezondheid of melkproductie
Willem-Jan Pleijter van melkveebedrijf Pleijter te Zalk

Streven naar een laag ureum
Met name eiwitefficiëntie heeft zijn focus. Drie jaar geleden waren ze nog gewend aan een ureumgetal tussen de 20 en 23. Momenteel ligt het ureumgetal gemiddeld tussen de 17 en 17,5. “Ons uiteindelijke doel is jaarrond een ureumgetal van 15,” aldus Willem-Jan. “Daar zijn we nog niet, maar stap voor stap werken we hier aan en ik ben ervan overtuigd dat we dit kunnen realiseren.”
Ruwvoer
Goed ruwvoer is volgens Willem-Jan de basis voor een goede eiwitefficiëntie. “We streven ernaar om gras tussen de 40-45% drogestof in te kuilen met een gunstige DVE/OEB verhouding. Dat is afgelopen jaar goed gelukt, maar de hoeveelheid viel tegen. Om dit op te vangen hebben we meer snijmais aangekocht. Gras aankopen valt vaak tegen omdat de kwaliteit niet altijd goed is. Wanneer je snijmais aankoopt ben je bijna altijd verzekerd van een goede kwaliteit. Meer snijmais in het rantsoen helpt bovendien om de eiwitbenutting te verbeteren dankzij het hogere zetmeelgehalte.”