Verenigde Staten trekt meer geld uit om vogelgriep te bestrijden
De vogelgriepbesmettingen op melkveebedrijven in de Verenigde Staten gaan door. Volgens het Amerikaanse ministerie van Landbouw (USDA) raakten koeien op vijf andere boerderijen tussen 1 en 8 mei besmet. Het totale aantal besmette kuddes is in tien staten gestegen tot 42.
Om de verdere verspreiding in te dammen en de gezondheidsbescherming van mensen te versterken, geeft de regering nu meer geld uit. Het USDA en het Department of Health and Social Services (HHS) zullen elk ongeveer 93 miljoen euro ter beschikking stellen voor nieuwe maatregelen. Het doel is om de risico's voor werknemers en het publiek te verminderen, de voedselvoorziening te waarborgen en de impact van H5N1 op getroffen bedrijven en producenten te verminderen.
Diverse hulp voor boeren
Volgens de USDA kan een getroffen melkveebedrijf tot 25.950 euro ontvangen als het volledig meedoet aan bioveiligheidsmaatregelen. De financiële ondersteuning omvat onder meer de vergoeding van kosten voor de dierenarts bij besmetting en voor het afnemen van monsters voor onderzoek. Bedrijven krijgen geld als ze maatregelen nemen om hun werknemers te beschermen, zoals het verstrekken van persoonlijke beschermingsmiddelen of het schoonmaken ervan. Er wordt een vergoeding betaald aan boeren en werknemers als zij deelnemen aan seriematige tests met neusuitstrijkjes en bloedmonsters.
Er wordt ook een vergoeding gegeven voor het opstellen en uitvoeren van bioveiligheidsplannen met het oog op mensen die, zoals dierenartsen, technici of melktransporteurs, veelvuldig verschillende bedrijven bezoeken. Ook wordt een systeem voor warmtebehandeling van melkafval gesubsidieerd, omdat dit eventueel aanwezige virussen doodt. Bovendien zijn er financiële voordelen gepland voor melkproducenten met productiedalingen als gevolg van een infectie, hoewel de details nog niet bekend zijn.
Meer tests en controles
Het ministerie van Volksgezondheid verhoogt ook zijn middelen om onder meer de monitoring van mensen die in contact zijn gekomen met besmette dieren uit te breiden. Bovendien moeten de test- en laboratoriumcapaciteiten worden uitgebreid, moet de effectiviteit van potentiële vaccins worden getest en moeten er meer griepdiagnostische kits worden geproduceerd. Er worden ook fondsen beschikbaar gesteld voor alles, van genoomsequencing tot afvalwateronderzoek. Ten slotte moeten de voedselmonitoring en -testen in verschillende stadia van de melkproductie worden geïntensiveerd.
